Ik was laatst op pad met iemand die snel iets vindt, van dingen. En dan ook meteen véél vindt. En daar vind ik dan weer van alles van.
‘Jezus, je zal er maar wonen, zo pal langs de weg.’
Ik: ‘Maar wel een leuk huis. Waarschijnlijk horen die mensen dat verkeer zelf al niet meer.’
Ja, dacht ik op de weg terug, zo blijven natuurlijk we bezig.
Lekker secundair wezen
In de basis probeer ik doorgaans niet zo heel veel te vinden over dingen, mensen en situaties. Of nou ja. Ik vind eigenlijk regelmatig iets. Maar zelden direct. Ik ben nogal secundair in mijn reacties, en de ruimte om een uur na te denken over iets – in het geval van een vraag of stelling die onder mijn neus geschoven wordt – is er doorgaans niet. Om deze reden heb ik een absolute hekel aan brainstorms.
Of de fake-optimist uithangen
Omdat ik van nature geen pasklare mening of snedige repliek paraat heb, en ik negatieve statements niet zomaar wil belonen met een zwijgend instemmen, heb ik de neiging om tegenwicht te gaan zitten bieden wanneer dat wel gebeurt. Ik ga dan expres pluspunten zitten benoemen. Het zou kunnen dat in mijn persoon een ontzettend aanwezige moraalridder huist, maar dat oordeel laat ik aan jou. Het punt is: echt gezellig wordt het zo niet.
Een echt gesprek voeren
Het punt is ook: op deze manier voer je geen gesprek. Ik vraag namelijk niet door (waarom zou je hier niet willen wonen?) maar pareer deze hele stelling met een licht manische zonnige blik op dit gegeven. We voeren dan dus geen gesprek, we wisselen zinnen uit. En dat is een gemiste kans. Zoals Elke Wiss in Socrates op Sneakers schrijft:
We proberen de ander eerder te overtuigen van ons gelijk dan dat we samen op zoek gaan naar wezenlijke antwoorden. Veel van onze gesprekken hebben daardoor meer weg van een debat dan van een dialoog. We praten liever dan dat we luisteren, voor vragen stellen hebben we geen tijd. En toegeven iets niet te weten is al helemaal geen optie.
Of erkennen dat je van veel dingen gewoon niet wéét wat je ervan vindt. En dat dat je onzeker maakt, in een tijd dat de ene mening na de andere wordt uitgeserveerd.
Een tekst is een gesprek
Een tekst schrijven is ook een gesprek voeren, maar dan met je lezer. Jij schrijft, de lezer leest. En raakt zo hopelijk geïnspireerd. Om ergens op te klikken of om door te lezen. Of om niks te doen, maar drie maanden later tijdens een kennisquiz op televisie ineens te denken: god ja, die en die schreef daar ook zo’n zinnetje over. Een goed gesprek beklijft, een goede tekst doet dat ook.
Een gesprek voer je door goed te luisteren
Om goed te kunnen schrijven moet je goed kunnen luisteren. Naar jezelf, wel te verstaan. Naar wat jij wil vertellen met de tekst. In les 2 van de online schrijftraining ga je hiermee aan de slag, met het ‘wat’ en ‘waarom’ van je tekst. Ligt voor de hand? Misschien wel. Maar vanuit mijn *kuch* autoriteit als *proest* gezaghebbend tekstschrijver die zichzelf veel en vaak terug zag keren in de rol van communicatieadviseur en algehele creatief en business strateeg toch nog even dit: je zou de ondernemers en professionals de kost moeten geven die níet weten wat ze willen vertellen. Daar wil je toch niet bij horen?
Slopend, dit soort gesprekken
X: ‘Nou, ik doe dit en dit voor die en die op deze en zulke voorwaarden.’
Ik: Prima, schrijf ik dat voor je op.
X: ‘Nee, nu mist ook nog het stukje dat mijn achtergrond zus en zo is.’
Ik: En dat is belangrijk want?
X: ‘Nou, dát is dus de reden dat ik uitermate geschikt ben om dit en dat probleem op te pakken.’
Ik: Goed, zet ik dat erbij.
X: ‘Ja, want nu ik dit zo zie staan realiseer ik me dat dit kenmerk en die kwaliteit voor mijn klanten zwaar weegt.’
Ik: Oké. Maar je vertelt net dat je een ander type klanten wil.
X: ‘Ja, dat moet ik inderdaad ook.’
Ik: Van wie?
X: ‘Van mijn business coach.’
Ik: Oké.
X: ‘Om mijn omzetdoel van 100.000 euro per maand te behalen.’
Ik: In dat geval pas ik even mijn factuur aan.
X: ‘Eh.’
Ik: Geintje.
Had ik al gezegd dat ik brainstorms haat?
Schrijf dus op zonder oordeel
Dus: wat wil je vertellen en waarom? En welk deel van dat verhaal wil je op je website, op je blog of in je verslag zetten? Tip: schrijf gewoon alles rücksichtslos op. Ook alles waarvan je denkt dat het niet interessant, niet volwassen of niet professioneel is. Gooi je aannames overboord en schrijf zonder (echt) na te denken.
Kun je daarna lekker de strenge redacteur uithangen en werkelijk óveral wat van vinden.
Wil je deze blogs voortaan in je mailbox ontvangen? Schrijf je dan in voor de nieuwsbrief.